Hoe STRIZO begon: twee namen, één visie

Het ontstaan van Strizo

Strizo werd opgericht in de jaren ’60, rond 1966, als een samenwerking tussen twee pioniers: Jo van Strien en Albert Zoontjes. De naam Strizo is een samentrekking van hun achternamen: STRIen en ZOontjes.

Jo van Strien was destijds werkzaam als verkoper van betonchemicaliën. Vanuit zijn kennis en netwerk ontstond het idee om zelf een bedrijf te starten. Zo begon hij zijn eigen onderneming, waarin hij samen met Albert Zoontjes de basis legde voor wat later Strizo zou worden.

In eerste instantie richtten zij zich op sierpleisters, een nieuw product in de afwerkingsmarkt. Niet lang daarna ontwikkelde zich een nieuwe toepassing: de siergrindvloer – een revolutionair idee in die tijd.

Jo van Strien nam in de beginjaren de rol van directeur en manager op zich. Rond 1970 besloot hij het bedrijf te verlaten, waarmee Strizo volledig in handen kwam van Zoontjes Beton.

De doorbraak: grindvloeren

Een belangrijk keerpunt kwam in 1974, toen Nico Zoontjes in contact kwam met Mercedes Nederland. Zij waren op zoek naar een vloer die eruitzag als grind, maar vast en duurzaam was. In samenwerking met Strizo werd een vloer ontwikkeld die precies aan deze wensen voldeed – de eerste steentapijtvloer was geboren.

De vloer werd geplaatst in een showroom in Den Haag, letterlijk “op lange poten”. Bij de feestelijke opening was de vloer een regelrechte blikvanger. Veel Mercedes-dealers en -eigenaren waren direct enthousiast over de uitstraling en de kwaliteit. Dit leidde tot een snelle groei in de bekendheid van Strizo en de populariteit van steentapijtvloeren.

Vanaf dat moment werd de Strizo steentapijtvloer een fenomeen, niet alleen bij autodealers, maar ook bij particuliere huiseigenaren en bedrijven.